Australië: hartelijke ontmoetingen met mens & dier - Reisverslag uit Jervis Bay Territorium, Australië van Steven en Joyce - WaarBenJij.nu Australië: hartelijke ontmoetingen met mens & dier - Reisverslag uit Jervis Bay Territorium, Australië van Steven en Joyce - WaarBenJij.nu

Australië: hartelijke ontmoetingen met mens & dier

Door: Joyce & Steven

Blijf op de hoogte en volg Steven en Joyce

31 Oktober 2017 | Australië, Jervis Bay Territorium

Op zondagmorgen 22 oktober staat een brunch met Amély en Samia in Brisbane op het programma. Amély is een ex-collega van Joyce en we hebben afgesproken op een zonnig terras met prachtig zicht op de skyline van de Australische grootstad. Reisverhalen worden uitgewisseld en we spenderen enkele gezellige uren op het terras. Amély en Samia trekken voort naar het noorden en wij spenderen de namiddag in Brisbane. Dat blijkt een verrassend aangename en groene stad te zijn. We dineren bij een lokale Italiaan (een echte!) en omstreeks 19h rijden we verder zuidwaarts naar Gold Coast, voor onze tweede meet & greet van de dag. We hebben afgesproken bij Lieve die twee huizen naast mijn ouderlijk huis in Erpe-Mere opgroeide. Zij kwam zo’n 25 jaar geleden regelmatig op mij babysitten en woont nu al zo’n 17 jaar in Australië met haar Australische man Matt en haar twee kinderen Kobe en Noah. Ze is zo vriendelijk om ons een nachtje onderdak en een warme douche aan te bieden.

We komen omstreeks 20h aan en de ontvangst is bijzonder hartelijk. We spenderen de rest van de avond al keuvelend – we hebben immers 25 jaar gespreksstof om over te praten! Het huis van Lieve heeft werkelijk alles : het is een prachtige woning, gebouwd in verschillende niveaus op een heuvel in een buitenwijk van Gold Coast. Er is nagedacht over de oriëntatie van alle kamers, er is geen airco nodig door een intelligente configuratie van de gangen en vanuit de leefruimte kijk je neer op het zwembad, terwijl je in de verte de skyline van Gold Coast en de glinstering van de Stille oceaan kan bewonderen.

Op maandagochtend krijgen we nog een prinselijk ontbijt geserveerd, genieten van de warme douche en nemen we alweer afscheid van Lieve en gezin. Er wordt in de volksmond wel eens gezegd dat de mensen niet meer met mekaar praten en constant op de smartphone tokkelen. Dat klopt voor een stuk ook wel, maar anderzijds zie je soms dat de sociale media aangename ontmoetingen met mensen die je al lang niet meer zag vergemakkelijken.

We rijden zuidwaarts richting Sydney en komen daar op dinsdagavond aan, waar de volgende meet & greet alweer gepland staat : Marie, een ex-collega van mij, woont er al een jaar met haar vriend Nikolas en we hebben afgesproken om iets te gaan eten. In het restaurant heerst een BYO-policy of Bring Your Own (drinks) dus hebben we elk een flesje wijn meegebracht die we gedecideerd onschadelijk maken. Na de maaltijd duiken we nog een caféetje binnen waar ze zowaar Duvel serveren en we drinken er nog een slaapmutsje. Marie en Nikolas geven ons handenvol nuttige tips voor Sydney en de bezienswaardigheden in de nabije omgeving.

Woensdagmorgen starten we de dag met een koffietje en een warme chocomelk in de espressobar waar Marie werkt als barista. Aansluitend beginnen we Sydney te voet te verkennen. We hebben een plekje gevonden op zo’n 4 km van het centrum waar we de campervan gratis kunnen parkeren en van daaruit wandelen we naar het gekende Opera House langs de haven en flaneren we over de Harbour Bridge. Het weer zit mee en we genieten met volle teugen van een dagje citytrippen. Er hangt een aangename en positieve vibe in de stad en beslissen er nog een extra nachtje te blijven om de nachtelijke sfeer nog wat op te snuiven. We eindigen onze dag opnieuw aan de Opera House, waar een lichtshow geprojecteerd wordt op één van de ‘zeilen’. Omstreeks 23h kruipen we onder de wol, na een mooie maar vermoeiende dag met meer dan 40 000 stappen op de teller, meer dan 32 km dus.

Op aanraden van Marie en Nikolas vertrekken we donderdagmorgen naar het Blue Mountain National Park, op zo’n anderhalf uur rijden naar het westen. Een groot deel van de Blue Mountains bestaat uit een gigantische canyon. De wegen leiden naar de bovenzijde, die bebouwd is en geëxploiteerd voor toerisme. De canyon strekt zich wel tientallen kilometers uit en bestaat aan de voet volledig uit regenwoud. Er lopen geen wegen, enkel verschillende wandelpaden die je door de jungle loodsen. Een korte stop aan het visitor center leert ons dat de meest aangewezen wandeling die dag de ‘grand canyon hike’ is, die logischerwijs boven aan de canyon begint, de 300m hoogteverschil overbrugt naar beneden om daar een lus te maken door het woud en uiteindelijk weer boven aan de canyon uitkomt. Gezien het aanzienlijk hoogteverschil tussen boven- en onderzijde van de canyon is de trail vrij pittig, maar we worden beloond met een prachtig wandelpad door rivieren, langs kristalheldere watervallen en door de dichtbegroeide jungle. Halverwege de wandeling worden we aangesproken door een Hollands koppel. Ze hebben enkele flarden van onze immer boeiende conversaties opgevangen en vragen of we Belg zijn. Na wat gekeuvel raden ze ons een toffe gratis campsite aan, midden in de jungle en slechts een paar kilometer verderop. Aan het einde van onze vermoeiende klim terug naar boven worden we getrakteerd op een machtig uitzicht over de volledige canyon. We volgen de raad van onze Nederlandse collega globetrotters op en vinden inderdaad een bijzonder toffe gratis campsite midden in het regenwoud.

De volgende ochtend besluiten we één van de meer toeristische bezienswaardigheden van de Blue Mountains te bezoeken, de ‘Three Sisters’ genaamd. Het weer is echter opnieuw omgeslagen en de zusjes, drie grillige, vrijstaande rotsformaties, verliezen veel van hun charme door de grauwe hemel op de achtergrond. Daarenboven beginnen er vanuit verschillende grotten en spelonken al legers Jappen toe te stromen, die gewapend met fotocamera en selfiestick de regio onveilig maken. We ontvluchten de drukte en maken nog een korte wandeling naar de Bridal Veil Falls en de Wentworth Falls, die ondanks de regen van de afgelopen dagen maar een vrij mager straaltje afleveren. Het is wel een prachtige setting in het midden van het regenwoud, en gelukkig zijn we er nagenoeg alleen met de kaketoes… We besluiten de Blue Mountains achter ons te laten en verder te rijden richting het ‘Royal National Park’ ten zuiden van Sydney.

Na slechts enkele ogenblikken snorren kruisen we een reclamebord met als opschrift ‘Flemish Flavours – Belgian beer garden’. We gooien alle remmen toe, duiken het eerste beste parkeerplekje in en opnieuw enkele ogenblikken later kijken we uit over de Blue Mountains vanop het terras van de Belgian beer garden met een Kwakje voor de neus. Na deze obligate doch bijzonder aangename en dorstlessende tussenstop vertrekken we opnieuw richting het Royal National Park, dit keer wel met succes. Het park ligt langs de kust en de voornaamste trekpleister is de ‘figure 8 pool’. Een wandeling van ca 3,5 km brengt je door een woud en via een strand naar een rotsige kuststrook waar natuurlijke ‘baden’ in de rotsen te bewonderen zijn. Eén ervan heeft een perfecte 8-vorm! Het unieke plekje is enkel bereikbaar bij laagtij dus slaan we ons bivak op in de buurt zodat we de volgende dag in alle vroegte de wandeling kunnen aanvatten.

Het weer zit opnieuw mee en onder een stralende ochtendzon beginnen we zaterdagochtend aan de wandeling. Na een goed uurtje wandelen en klauteren over rotsblokken bereiken we ons doel. De ‘pools’ worden bewoond door kleurrijke algen en koralen wat een bijzonder mooi zicht is. Enkele tientallen meters verderop werpen de golven zich brullend op de rotsige kustlijn met metershoge witte schuimkoppen tot gevolg. We genieten een half uurtje van de pools en keren vervolgens op onze stappen terug naar de campervan.

We zijn nu op ca 1000km van Melbourne en houden topoverleg om de planning van de volgende dagen te bespreken. De tocht langs de kustlijn zou op 2 of 3 dagen moeten lukken. Dan blijven er nog 11 dagen over, waarvan we zeker 4 dagen willen besteden aan de ‘Great Ocean Road’ , één van de meest bekende toeristische trekpleisters van Australië. In Melbourne zelf willen we ook een dag of 3 doorbrengen, wat betekent dat er nog een viertal dagen ‘vrij’ zijn. Deze zijn vrijgekomen gezien we de 1000km noordwaarts naar Airlie Beach niet hebben afgelegd in het begin van onze Australië-trip. We overwegen of we deze dagen zullen besteden aan een trip naar Tasmanië, het mysterieuze eiland ten zuiden van Australië, en op zoek gaan naar de Tasmaanse tijger. Zoals gediplomeerde politici schuiven we enige vorm van besluit op de lange baan en beslissen om later te beslissen. We houden het Royal National Park al voor bekeken en gaan op dierenjacht. We hebben tot nu toe bedroevend weinig kangoeroes gezien en besluiten ons geluk te beproeven in de welluidende ‘Kangaroo Valley’.

Tripadvisor leert ons dat er een gratis camping midden in de vallei ligt waar we een goede kans hebben om de ‘roos’ te spotten. Het kampeerterrein ligt midden in de natuur en er hangt een aangenaam en ontspannen zaterdagmiddagsfeertje. Het weer is prima en we besluiten er een nachtje te blijven en wat te relaxen. Tijdens onze avondwandeling worden we niet getrakteerd op kangoeroes, maar wel op een leger wombats! De wombat is één van de vele vreemde creaturen die enkel in Australië voorkomen. Het is ons inziens een kruising tussen een mol, een beer en een bever. Het pluizenbolletje is absurd schattig en komt bij valavond onverstoorbaar grazen op de kampeerweide. Gezien het beestje letterlijk zo blind als een mol is kan je er vrij dicht bij komen, wat enkele toffe kiekjes oplevert.

Na een verkwikkende nachtrust besluiten we de Kangaroo Valley achter ons te laten en rijden zuidwaarts richting Jervis Bay. Deze baai staat gekend als één van de absolute hoogtepunten tussen Sydney en Melbourne, met als topattractie ‘het meest witte strand ter wereld’. De baai is bezaaid met kleine dorpjes, afgewisseld met nationale parken waarbij de bush tot aan het strand komt. We wanen ons even terug in Fiji! We spenderen onze zondag met het verkennen van de baai en vinden een perfect slaapplekje in het dorpje Callala Beach. We staan met onze campervan op de parking van het ‘parochiecentrum’ en naast propere publieke toiletten zijn er ook buitendouches, gratis gasbbq’s en een prachtig zicht op de baai die baadt in het oranjerode licht van de ondergaande zon. Bovendien zijn we helemaal alleen! We hebben zelfs een flesje bubbels gekocht en maken er een romantisch aperitiefje van. Na een tiental minuten worden we vergezeld van enkele olijke dorpelingen die ook komen genieten van de zonsondergang aan het water. Het is hier volop lente dus het is één van de eerste mooie warme avonden en dat lokt de dorpelingen druppelsgewijs naar buiten. De ene na de andere passeert ons en slaat een praatje. Iedereen is bijzonder vriendelijk en informeert naar onze reisplannen. We krijgen karrevrachten nuttige tips : ‘kangoeroes zijn te spotten aan het golfterrein, voor koala’s moeten we op Phillip Island zijn, met wat geluk zie je morgenvroeg dolfijnen, in een naburig dorp kun je momenteel veel migrerende bultruggen spotten, …’. Na onze BBQ kruipen we vermoeid maar met een zeer goed gevoel onder de wol.

We bevinden ons aan de oostkust van Australië, wat betekent dat de zon opkomt vanuit de zee. We schuiven onze natuurlijke ochtendhaat opzij en staan maandagochtend om kwart voor 6 op om de zonsopgang te bekijken. Het kleurenpallet is zo mogelijk nog mooier dan tijdens de zonsondergang de avond ervoor. Al snel worden we joviaal begroet door enkele locals die voor het werk nog wat komen SUP’en met de kids, een strandwandeling maken of zelfs een ochtendzwempje doen. Er zijn slechtere manieren om je werkdag te starten denk ik dan, en ik kan een korte terugblik naar de filevorming op de E17 voor de Kennedytunnel niet onderdrukken. Het is één van de dorpelingen die ons plots roept en de dolfijnen aanwijst die in een groepje van 5 voor onze neus heen en weer zwemmen in de baai. De temperatuur stijgt verbazend snel tot boven de twintig graden en ik besluit ook een ochtendzwempje te doen. Joyce haar gemoedstoestand om 8 uur ’s morgens is nog niet van die aard dat ze popelt om in koud zeewater te springen… Er blijken heel wat gepensioneerden in het dorp te wonen en in de voormiddag worden verschillende activiteiten georganiseerd. Zo word ik uitgenodigd voor een spelletje tennis en neemt Joyce deel aan de Tai-Chi initiatie voor senioren. Ik pas voor de tennis en besluit een toertje te gaan lopen op het strand, terwijl Joyce Australië met verstomming slaat door haar lenigheid ten toon te spreiden. Bij het joggen word ik vergezeld door de dolfijnen, die zowat gedurende het gehele loopke in mijn gezichtsveld blijven stoeien.

We nemen uiteindelijk afscheid van Callala beach en zijn overvriendelijke inwoners en gaan kangoeroes spotten aan het golfterrein. Inderdaad, in de schaduw van de bomen liggen tientallen buideldieren ons te beloeren, alsof ze net een intensief partijtje golf achter de rug hebben – golf is trouwens één van de meest onderschatte sporten ter wereld volgens onze florist in Erpe. We wandelen even rond en aangezien de zaken vandaag meezitten besluiten we meteen ook wat bultruggen te gaan spotten in Currarong, een dorpje verder. We nestelen ons op een bankje om te lunchen en een vriendelijke gepensioneerde buurtbewoner legt uit waar we op moeten letten bij het spotten van walvissen. En warempel, na een kwartiertje aanschouwen we twee exemplaren die herhaaldelijk ‘breachen’ : ze springen bijna volledig op uit het water om zich dan op hun rug te laten vallen. Het is de natte droom van elke whale watcher en het tafereel speelt zich voor onze neus onafgebroken af gedurende minstens tien minuten. Bovendien zitten we daar quasi alleen en zijn wij de enige die aandacht lijken te besteden aan dit spektakel. We zijn het er roerend over eens dat dit één van de absolute topdagen is van onze reis tot nu toe!

Australië begint ons dus meer en meer te bekoren, maar afgezien van deze prachtige maandag (contradictio in terminis) zijn we nog niet van onze sokken geblazen door het land. Dat was wel het geval in de nationale parken van de VS. Het lijkt ons vooral een bijzonder aangename plaats om te wonen, of zelfs je oude dag door te brengen. We zijn benieuwd naar de verdere impressies down under!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Steven en Joyce

Op 11 augustus 2017 vertrokken we vanuit Brussel voor onze reis rond de wereld. Langs deze weg houden we jullie op de hoogte van onze avonturen, onze ervaringen en geven we enkele reistips mee.

Actief sinds 20 Aug. 2017
Verslag gelezen: 597
Totaal aantal bezoekers 32541

Voorgaande reizen:

11 Augustus 2017 - 01 April 2018

Wereldreis

Landen bezocht: