Cambodja - toffe jongens met een gruwelijk verhaal - Reisverslag uit Phnom-Penh, Cambodja van Steven en Joyce - WaarBenJij.nu Cambodja - toffe jongens met een gruwelijk verhaal - Reisverslag uit Phnom-Penh, Cambodja van Steven en Joyce - WaarBenJij.nu

Cambodja - toffe jongens met een gruwelijk verhaal

Door: Joyce & Steven

Blijf op de hoogte en volg Steven en Joyce

01 Februari 2018 | Cambodja, Phnom-Penh

Na onze paradijselijke driedaagse in Con Dao hebben Joyce en ik met pijn in het hart afscheid genomen van de familie. Op zondag 21 januari landen we omstreeks 17u op de internationale luchthaven van Phnom Penh, Cambodja. We worden ditmaal niet opgewacht door een gids met geplastificeerd en gedrukt naambordje, maar door een sjofele tuktukdriver die onze namen in een stukje sprokkelhout gekrast heeft. Hij neemt ons op sleeptouw door de broeierige, stoffige straten van Phnom Penh. De zon gaat onder maar de loden hitte blijft hangen tussen de armetierige gebouwen. We hebben een kamer in een goedkope guesthouse geboekt en na het inchecken verkennen we de omringende straatjes op zoek naar een avonddis.

Misschien is de overgang van de luxe op Con Dao naar de armoede van Phnom Penh wel mijn grootste cultuurshock tot nu toe. De straten zijn één grote vuilnisbelt waar iedereen ongegeneerd zijn deel bijgooit. De etensresten gecombineerd met de hitte veroorzaken een penetrante geur die overal terugkomt. Langs deze hopen vuilnis zijn winkeltjes en marktjes waar locals doodleuk hun waar aanbieden. De straat parallel aan deze van ons guesthouse is één van de weinige waar iets minder afval buiten ligt. De flitsende neonreclame van de verschillende bars doen ons vermoeden dat dit de uitgaansbuurt is, maar wanneer we op elk terras een roedel schaars geklede, stevig opgetutte en zorgwekkend jonge Cambodjaanse deernen zien zitten beseffen we dat we midden in de hoerenbuurt zitten. Naast de normale va-et-vient van locals op brommers en tuktuks worden de straten overspoeld met eenzame blanke mannen van middelbare leeftijd. De bruine kroeg met de naam ‘Dirty Old Sailor’ zegt eigenlijk alles… We wandelen een half uurtje rond om alles in ons op te nemen. Deze hoek van de stad is gewoon vuil en smerig in elke mogelijke zin van het woord. We vinden een restaurantje waar geen hoertjes lijken te zitten en krijgen een verrassend lekker gerechtje voorgeschoteld. We besluiten dat we voorlopig genoeg gezien hebben en duiken ons kamertje weer in. Om wat flappies te besparen hebben we geopteerd voor een kamer zonder airco, wat meteen een kapitale vergissing blijkt te zijn! We doen geen oog dicht en baden de hele nacht in het zweet.

Maar goed, de volgende dag onderwerpen we Phnom Penh aan een grondig onderzoek. We wandelen de volledige stad door en stellen vast dat er een hemelsbreed verschil is tussen Phnom Penh overdag en bij nacht. De hopen afval worden blijkbaar ’s nachts opgehaald en de stank lijkt ietwat milder dan voorheen. Het verkeer is minder chaotisch dan in Ho Chi Minh en langs de Mekong, die dwars door de stad loopt, is een charmante, autovrije boulevard aangelegd. De stad wordt ‘Pearl of Asia’ genoemd en met heel veel goede wil kan je daar ergens nog wel inkomen. Dé activiteit die iedereen die elke toerist in Phnom Penh MOET doen is een bezoek aan het Tuol Sleng-museum, of ook ‘Khmer genocide museum’ genoemd. In 1975 greep de ‘Khmer Rouge’, een communistische beweging onder leiding van Pol Pot, de macht in Cambodja waarna 4 lange jaren van schrikbewind het land teisterden. Al snel worden de leiders van de Khmer Rouge paranoia en zien ze overal samenzweringen en spionnen. Om hun macht te behouden sluiten ze miljoenen mensen op zonder reden, om hen vervolgens te folteren en genadeloos te vermoorden. De focus lag hierbij voornamelijk op de intellectuelen, met name dokters, ingenieurs, professoren, technici, … Het was alsof de regering de bevolking ‘dom’ wou houden.

Het Tuol Sleng-museum is te vergelijken met dat van Auschwitz in Polen. De gebouwen, waar –ironisch genoeg- voorheen een school gevestigd was, werden door het regime gebruikt als gevangenis, ook wel de S-21 genoemd. Er zouden tussen 1975 en 1979 meer dan 20 000 mensen opgesloten en gefolterd geweest zijn waarvan er het welgeteld 12 overleefd hebben. We doen een audiotour door de gebouwen, die onaangeroerd zijn na de val van de Khmer Rouge. De uitleg is sereen en boeiend, maar gruwelijk gedetailleerd. We spenderen er zo’n 3 uur en na afloop zijn we oprecht aangedaan. Naar mijn gevoel zelfs nog meer dan na mijn bezoek aan Auschwitz en Birkenau enkele jaren geleden.

We flaneren de rest van de dag nog wat door de stad en maken er nog een gegidste tour door het koninklijk paleis. Onze gids maakt van elk ‘veilig moment’ (= wanneer hij er zeker van is dat er niemand meeluistert) gebruik om ons fluisterend te vertellen dat de Cambodjanen ook vandaag nog lijden onder een schijndemocratie. Er is maar één partij meer, namelijk de ‘Cambodia People Party’. De voorzitter van de oppositiepartij is immers enkele maanden geleden naar de gevangenis verwezen. Volgens onze gids zouden de kopstukken van de CPP jarenlang massa’s geld in hun zakken gestoken hebben, terwijl de gewone bevolking met moeite rondkomt. Ondertussen is er heel traag en gestaag verbetering merkbaar. Het is voor ons moeilijk in te schatten in welke mate zijn verhaal waarheidsgetrouw is en of we dit al dan niet met een korreltje zout moeten nemen. Het is in elk geval bijzonder boeiend!

De volgende ochtend nemen we afscheid van Phnom Penh en een bustochtje van zo’n 6 uur brengt ons naar Siem Reap, een stad ten noorden van de hoofdstad. Deze vormt de uitvalsbasis voor een bezoek aan de wereldberoemde tempels van Angkor, één van de 7 wereldwonderen. Dit tempelcomplex wordt jaarlijks door zo’n drie miljoen toeristen bezocht die elk braafjes de 37 dollar entrance fee betalen. Onze bus stopt in Siem Reap op een onverhard terreintje langs een zandwegel. Een tuktuk brengt ons langs schabouwelijke wegen naar onze guesthouse. Joyce en ik voelen meteen aan dat er iets niet klopt… Waar gaan die miljoenen dollars naartoe die jaarlijks in Siem Reap gepompt worden door buitenlanders? Deze wegen zouden voorzien moeten zijn van fluisterasfalt en de bewegwijzeringen moeten uitgedost zijn met gepolijste diamanten! Wanneer we ’s avonds door Siem Reap centrum flaneren zien we wel enkele mooie wandelstraten vol met toeristische restaurantjes, souvenirshops en marktjes. Los van de handelaars en tuktukdrivers is er geen Cambodjaan te bespeuren. Deze wijk is duidelijk enkel voor toeristen, waarvan er effectief honderden rondom ons zwermen.

Op 24 januari worden we om 4u30 in de ochtend opgepikt door een tuktuk, vergezeld van een gids die ons de hele dag door het complex in en rond Angkor zal leiden. We starten de dag met het bewonderen van de zonsopgang boven Angkor Wat, de bekendste tempel, vergezeld van enkele honderden andere toeristen wel te verstaan. Enkele uit de kluiten gewassen sluimerwolken gooien wat roet in het eten en omstreeks 6u45 duiken we de tempel in, waar onze gids honderduit vertelt over de diverse gravures. Ik zou jullie kunnen vervelen met een beknopte geschiedenis maar dit verslag is al zwaarmoedig genoeg tot nu toe, dus ik hou het erop dat het complex werkelijk prachtig is en absoluut de moeite waard om te bezoeken tijdens een rondreis door Zuidoost-Azië! Frappanter is dat ook deze gids – Sotath genaamd – elk ‘veilig moment’ gebruikt om zijn beklag te doen over de regering. Hij vertelt dat hij journalist is, maar pertinent weigert om voor kranten te werken die enkel de voorgekauwde propagandaboodschappen publiceren. Revolutionaire artikels schrijven zou hem in gevaar brengen dus heeft hij de journalistiek opgegeven en is hij nu voltijds gids. Toch bevestigt hij passioneel onze vermoedens dat hier in Siem Reap enorme sommen verdwijnen en niet geïnvesteerd worden in de gemeenschap. Daarnaast vertelt hij over zijn familieleden die hij verloren heeft tijdens de genocide. Het wordt ons duidelijk dat vele Cambodjanen nog dagelijks geconfronteerd worden met deze gruwel van minder dan 50 jaar geleden!

Die avond staat een bezoek aan restaurant ‘The Red Piano’ op het programma. Op zich niets speciaals, ware het niet dat dit een Belgisch restaurant is waar ze echte stoofvlees serveren. Dit was ons voor het vertrek al ter ore gekomen via de nonkel en tante van Joyce en we hebben ernaar gestreefd om in dat restaurant Joyce' verjaardag (28 januari) te vieren. Gezien ons u ondertussen welbekende verschroeiende tempo zitten we zo’n 4 dagen voor op schema, waardoor het een vervroegd verjaardagsfeestje wordt. Maar daarom smaken de stoofvlees, de frietjes, het supplement frietjes en het duveltje er niet minder om! Nu we onszelf toch feestelijk in de watjes aan het leggen zijn doen we er nog een schepje bovenop met een voetmassage. Een goedlachse jongedame van 19 neemt mijn limoentje en lavendeltje onder handen, terwijl een guitige jonge snaak zich aan Joyce haar stinkerdjes vergrijpt. Ondanks dat hun Engels beperkt is dollen we toch heel wat af, tot de knaap vraagt of Joyce zwanger is en de dame mij 44 schat. De sfeer zakt onder het vriespunt en er valt een ijzige stilte… Weg sfeer! Nee nee, we kunnen er goed om lachen en het is een bijzonder toffe en ontspannende ervaring!

Op 25 januari laten we Siem Reap alweer achter ons en nemen we de bus naar Battambang, een stad in het noordoosten van Cambodja. De rit duurt ditmaal slechts een viertal uur en om 13u zijn we al op onze bestemming. We wandelen wat door het centrum van de stad op zoek naar een lunchplekje en worden aangetrokken door een etablissement met opschrift ‘Fresh bread baked daily’. Gezien lekker brood in Azië even schaars is als een geciviliseerde Brugge supporter in Jan Breydel hollen we snel naar binnen. Het bistrootje wordt uitgebaat door een Belg die effectief zelf zijn brood bakt, waardoor er een heerlijke geur onze neusgaten binnendringt.

In de namiddag voert een tuktuk ons rond in de wijde omgeving van Battambang, waarbij we een oude tempel bezoeken alsook een glimp kunnen opvangen van het echte Cambodjaanse platteland. We eindigen de middag aan de Sampeou Mountain. We hiken een bergje op waar we eerst de ‘Killing caves’ bezoeken. Ook hier werden tijdens het Khmer Rouge regime duizenden mensen vermoord. Via een tempel banen we ons een weg terug naar beneden om ons te installeren op een terrasje voor de ‘Bat caves’. Omstreeks 18u komen plots – letterlijk – miljoenen vleermuizen in één lange colonne uit deze grot gevlogen. Een bijzonder indrukwekkend en fascinerend natuurfenomeen! Na een twintigtal minuten zijn ze uitgevlogen en keren we terug naar Battambang voor een avondmaal en een welverdiende nachtrust.

Het is ons de afgelopen dagen opgevallen dat de Cambodjanen bijzonder vriendelijk en goedlachs zijn. Toch wel een verschil met de botte Thai, de ietwat schuchtere Laotianen en de eerder introverte Vietnamezen. Deze vaststelling wordt op vrijdag 26 januari nog extra bevestigd door Pekpek en Chou, twee olijke broers van 16 en 18 die ons meenemen op een fietstocht doorheen het platteland. De motivatie en het enthousiasme van de kerels is fantastisch. Ze doen deze tours om geld te sparen zodat ze binnen enkele jaren naar de universiteit in Phnom Penh kunnen. We bezoeken een krokodillenfarm, een huisje waar men rijstpapier voor loempia’s maakt, een rijstwijn (sake) distilleerderij en wederom een tempel. Op de terugweg laat ik de jongens winnen in een spurtwedstrijdje om hun zelfvertrouwen wat op peil te houden. Na afloop geven we ze elk 2$ fooi, waar ze door het dolle heen mee zijn. Een hartverwarmende dag! We smikkelen nog een broodje en spaghetti’ke bij onze Belgische vriend en kaarten wat na over de toffe dag.

Om mijn woorden mbt ons verschroeiend tempo wat kracht bij te zetten houden we op 27/01 een ambitieuze transferdag: van Battambang naar Phnom Penh - zo’n 7 uur snorren - en van Phnom Penh naar Sihanoukville - opnieuw zo’n 6 uur snorren. In totaal zijn we meer dan 15 uur onderweg! Het spaghetti’ke van onze Belgische vriend is mij toch niet zo goed bevallen en heeft me een nachtje spetterpoep bezorgd, wat de rit nog wat ongemakkelijker maakt. De dag erop nemen we onmiddellijk een boot naar het eiland Koh Rong Samloen, waar naar verluidt een ‘relaxte atmosfeer’ hangt. We zullen hier onze laatste dagen in Azië doorbrengen met wat zon, zee, strand en hopelijk enkele duikjes. Belangrijker nog is dat het vandaag Joyce' verjaardag is die we dus ook gaan vieren op dit paradijselijk eiland. Op de boot maken we kennis met Wout en Evi, een sympathiek Belgisch koppel waar we de rest van de dag mee doorbrengen.

De ‘relaxte atmosfeer’ op het eiland wordt tot stand gebracht door een verzameling aangespoelde Europese en Amerikaanse hippies die veel van de restaurantjes en hotelletjes uitbaten. Sta me toe deze figuren even nader te beschrijven. De homo alternativo, ongeacht het geslacht, wordt gekarakteriseerd door een man bun of dreadlocks als haarsnit , een felkleurige draperie van grootmoeder zaliger rond de lenden gedrapeerd en een onophoudelijke, onverschillige uitdrukking op het gelaat. Sporadische klusjes worden steeds voorafgegaan door een diepe zucht. In hun wanhopige poging zich af te scheiden van de mainstream gedraagt en kleedt elke homo alternativo zich op exact dezelfde manier (waardoor ze dus opnieuw mainstream worden, nvdr). Naast de angst voor shampoo en arbeid hebben ze nog enkele andere zaken gemeen: oorbellen met pluimen, enkelbandjes en tattoos van lotusbloemen en Indiaanse dreamcatchers. Ironisch genoeg rookt de homo alternativo al eens graag een sigaretje van een Amerikaanse multinational en brengt het leeuwendeel van zijn dagen door al swipend op een smartphone die bij voorkeur in mekaar gepuzzeld werd door Vietnamese kinderhandjes.

Gelukkig zijn er nog Wout en Evi… We brengen Joyces verjaardag samen door al snorkelend door de baai en vieren haar 33 (!) lentes met een uitgebreid aperitief gevolgd door een riant avondmaal. De volgende dag hebben we twee duikjes gepland om het rif te verkennen. Het blijkt een mooie onderwaterwereld die helaas een beetje verstoord wordt door het troebele water. ’s Avonds schuiven we opnieuw de beentjes onder tafel met Evi en Wout om samen enkele natjes en een droogje te consumeren. Op dinsdagochtend 30 januari nemen we afscheid van onze nieuwe Belgische vrienden en brengen we een laatste luilekker dagje door op het eiland. De tijd is gekomen om afscheid te nemen van Azië en stilaan onze reis naar Johannesburg aan te vatten. Zuidoost-Azië heeft zeker ons hart niet gestolen qua natuur en cultuur maar we hebben er wel heel veel toffe activiteiten gedaan, boeiende ontmoetingen gehad en veel geleerd. De goesting is groot om aan het volgende luik van onze ambitieuze trip te beginnen: zuidelijk Afrika. Meer daarover in een volgend verslagje… Tot blogs!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Steven en Joyce

Op 11 augustus 2017 vertrokken we vanuit Brussel voor onze reis rond de wereld. Langs deze weg houden we jullie op de hoogte van onze avonturen, onze ervaringen en geven we enkele reistips mee.

Actief sinds 20 Aug. 2017
Verslag gelezen: 891
Totaal aantal bezoekers 32563

Voorgaande reizen:

11 Augustus 2017 - 01 April 2018

Wereldreis

Landen bezocht: